over welke periode gaan de gelijkenissen?

Gelijkenissen spreken van de geheimen of verborgenheden van het Koninkrijk van de hemelen (Matth.13:11). In andere evangeliën heet dit het Koninkrijk van God (Marc.4:11, Luk.8:10). Het is het Koninkrijk dat vanuit de hemel, waar God is gezeten, zal neerdalen op aarde. Onder hemelse heerschappij dus en vandaar het Koninkrijk van de hemelen. God heeft Zijn koning gezalfd (Ps.2:6), Christus Jezus, de Zoon van David en Hij zal dat Koninkrijk regeren.

Koninkrijk nabij gekomen
De boodschap van Johannes de Doper en ook van Jezus zelf was in de aanvang dat dit Koninkrijk nabij was gekomen (Matth.3:2, 4:17). Maar Israël verwierp haar Messias en het Koninkrijk werd niet openbaar, maar verborgen. Dáár spreken de gelijkenissen over, over de periode dat het Koninkrijk verborgen zou zijn. Maar wanneer werd dat Koninkrijk verborgen? Sommigen zouden zeggen: na de opstanding van Christus, of wellicht na zijn hemelvaart, toen Hij ten hemel voer en een wolk Hem wegnam voor de ogen van de discipelen (Hand.1:9). Vanaf dat moment was Hij in ieder geval voor allen verborgen en onttrokken aan het zicht.

begin verborgenheid
Toch denk ik dat de aanvang van de verborgenheid nog vroeger geplaatst moet worden, namelijk meteen op het moment dat Jezus in gelijkenissen begon te spreken. In Mattheus is dit in hoofdstuk 13. In het voorgaande hoofdstuk stuit Jezus op massieve afwijzing, met name door de leiders van het volk. Wanneer Hij een man geneest die door een demon bezet wordt (12:22), wordt Hij ervan beschuldigd dat Hij dit doet door de overste van de demonen (12:24). Duidelijk wordt in dit hoofdstuk dat Israël aan de hand van hun geestelijke leidslieden de door God gezonden Koning afwijst en dat is de aanleiding voor Jezus om het Koninkrijk niet meer openlijk te  verkondigen, maar in verborgenheden te gaan spreken (13:11-13). Alleen aan Zijn leerlingen, die wel geloofden, worden de gelijkenissen uitgelegd.

einde verborgenheid
Op de vraag wanneer de verborgenheid beëindigd zal worden, geeft de Schrift een letterlijk antwoord in het boek Openbaring. In dit boek wordt, de naam zegt het al, de Openbaring van Jezus Christus (1:1) beschreven en de aanloop naar, en aanvang van, het Koninkrijk. Dan lezen we:

Openbaring 10
7 Maar in de dagen van de stem van de zevende engel, wanneer die op de bazuin zal blazen, zal ook het geheimenis van God volbracht worden, zoals Hij aan Zijn dienstknechten, de profeten, verkondigd heeft.

Het geheimenis, of de verborgenheid, is vervuld bij de aanvang van het geopenbaarde Koninkrijk, als de duizend jaren aanvangen waarin Satan is gebonden (Opb.20:2). De gelijkenissen spreken dus over de tijd waarop duidelijk wordt dat het Koninkrijk niet openbaar wordt, tot aan het moment dat de verborgenheid vervuld is en het Koninkrijk openbaar.