In een vorige blog zagen we wat de wet zegt met betrekking tot het huwelijk en het ontbinden daarvan en hoe Paulus in de Romeinen brief de typologische betekenis daarvan uiteenzet. Maar wanneer we terug willen naar het fundament om te zien waar het huwelijk op gebaseerd is, moeten we naar het begin, namelijk naar Genesis. Daar neemt God een deel uit Adam en maakt daar zijn vrouw Eva van. En omdat de vrouw uit de man genomen is, volgt als commentaar:
Genesis 2
24 Daarom zal een man zijn vader en zijn moeder verlaten, en zijn vrouw aankleven; en zij zullen tot één vlees zijn.
complement
Omdat de vrouw uit de man genomen is, zijn zij elkaars complement. Zij komen bij elkaar en worden één. Het man en vrouw zijn komt tot stand door:
- vader en moeder verlaten
- de vrouw aankleven
- één vlees zijn
van de beginne
Deze principes gelden dus al vanaf het begin, ver voor er ook maar een wet was gegeven. Als de farizeeën aan Jezus vragen waarom Mozes (in de wet) dan instructies voor echtscheiding heeft gegeven, zegt Jezus dat het vanwege de hardheid van hun harten is, maar dat het van den beginne niet zo is geweest (Matth.19:4). In een latere blog wil ik ingaan op de uitspraken van Jezus in de evangeliën.
de wet kwam ertussen
Als de wet iets anders zegt, komt dat omdat de wet er later bij kwam. De wet werd er tussen geplaatst (Rom.5:20, Gal.3:19) en had een duidelijk begin en einde. De wet doet dus niets af aan bijvoorbeeld de beloften aan Abraham (Gal.3:18-19), maar ook niet aan beginselen zoals we die vinden met betrekking tot het huwelijk in Genesis 2.
De woorden uit Genesis 2 gelden vanaf den beginne en zijn voor alle volgende generaties. Ze worden ook aangehaald door de apostel Paulus. Deze keer in de Efeze brief, waar hij spreekt over de verhouding tussen man en vrouw:
Efeze 5
31 Daarom zal een mens zijn vader en moeder verlaten en samengevoegd worden aan zijn vrouw, en de twee zullen tot één vlees zijn.
32 Dit geheim is groot, maar ik spreek over Christus en de gemeente.
eenheid
Paulus wijst ons ook hier op de diepere betekenis van de dingen. De vleselijke eenheid van man en vrouw is een uitbeelding van de geestelijke eenheid van Christus en de ecclesia (gemeente). Zoals Christus en de ecclesia één lichaam zijn, zo zijn man en vrouw één. Natuurlijk wordt dit ook in de praktijk uitgebeeld door de seksuele gemeenschap en wat daar uit voortkomt: een kind. Het kind is één (vlees) voortgekomen uit man en vrouw. Het ’product’ van het één vlees zijn.
De terminologie die we uit de Schrift kennen met betrekking tot de ecclesia, gebruikt Paulus in Efeze 5 één op één voor de relatie tussen man en vrouw. Bijvoorbeeld als hij zegt: “de man is het hoofd van zijn vrouw, zoals Christus het hoofd is van de ecclesia” (:23) of: “zó zijn ook de mannen verschuldigd, hun vrouw lief te hebben als hun eigen lichaam” (:28).
onverbrekelijk
Het principe van de eenheid van man en vrouw als uitbeelding van de geestelijke eenheid van Christus en de ecclesia, is dat deze eenheid niet te verbreken is. In de brieven van Paulus vinden we deze eenheid tussen Hoofd en lichaam telkens benoemd en toegelicht. De ecclesia, die Zijn lichaam is, deelt in alle zegeningen van Christus (o.a. Ef.1:3). Deze eenheid is onverbrekelijk. En dáár is de relatie man en vrouw binnen het huwelijk een uitbeelding van! Vandaar ook dat we bij herhaling vinden geschreven:
Markus 10
9 Wat God dan samenvoegt, laat de mens het niet scheiden.