Bijbelse waarheden plaatsen in de juiste tijd, noemt de bijbel: het woord van de waarheid recht snijden.
Daaruit volgt dat bijbelse waarheden misplaatsen, dus ze in de verkeerde tijd toepassen, het niet recht snijden van het woord is.
Paulus zegt tegen Timotheüs in:
2 Timotheüs 2:
15 Streef er naar jezelf beproefd te presenteren voor God, als een onbeschaamd werker, het woord van de waarheid correct snijdend.
Wat volgt in 2 Timotheüs 2 is een voorbeeld van Hymeneüs en Philetus, die de opstanding, een bijbelse waarheid, misplaatsten. Ze zeiden dat de opstanding reeds had plaatsgevonden (2 Tim.2:17-18).
Het woord snijdt
Maar hoe kunnen wij een correcte verdeling maken van het woord? Is dat ons inzicht of onze bekwaamheid waarmee wij dat doen? Nee, het woord maakt zelf onderscheid, zeer duidelijk onderscheid zelfs, en daardoor kunnen wij het woord van de waarheid correct snijden en juist toepassen.
Hebreeën 4
12 Want het woord Gods is levend en krachtig en scherper dan enig tweesnijdend zwaard en het dringt door, zo diep, dat het vaneenscheidt ziel en geest, gewrichten en merg, en het schift overleggingen en gedachten van het hart.
Het woord van God brengt scheiding aan. Bijvoorbeeld in ‘ziel en geest’, zaken die over het algemeen als identiek worden gezien….
Het brengt ook verdeling aan in aan wie de boodschap gericht is. Heel de Schrift is door God geïnspireerd en nuttig voor ons (2 Tim.3:16). Maar niet heel de Schrift is vóór ons, niet alles is rechtstreeks aan ons gericht.
Hoe kunnen we weten wat wel en wat niet aan ons gericht is..? Daar geeft de Schrift aanwijzingen voor: glashelder en vlijmscherp. Als een zwaard dat vaneenscheidt en onderscheid maakt.
Wij zouden die aanwijzingen niet negeren…..