In de Romeinen brief zagen we al in de vergelijking die Paulus maakt tussen Adam en Christus, dat allen zullen worden gerechtvaardigd. Daar staat nog iets bij: voor alle mensen tot rechtvaardiging van leven (5:18). Dat allen worden gerechtvaardigd betekent dat allen zullen worden vrijgesproken en onschuldig verklaard. En wanneer de dood teniet gedaan is, zullen allen ook leven. In Romeinen 5 ligt de nadruk op de rechtvaardiging van allen.
In 1 Korinthe 15 geeft Paulus ook een vergelijking tussen Adam en Christus. Dit hoofdstuk gaat over opstanding, dus de vergelijking hier vermeldt de levendmaking van allen.
geen opstanding?
De aanleiding voor het schrijven van dit hoofdstuk was dat sommige Korinthiërs zeiden dat er geen opstanding is (:12). Paulus laat zien hoe dwaas deze redenering is. Dan is namelijk zijn verkondiging en hun geloof leeg (:14) en Paulus’ prediking een leugen (:15), de Korinthiërs zijn dan nog in hun zonden (:17) en degenen die ontslapen zijn in Christus gingen verloren (:18).
1 Korinthe 15
20 Maar nu: Christus is opgewekt uit de doden, als Eersteling van degenen die ontslapen zijn.
Eersteling
Christus is opgewekt uit de doden, als Eersteling. Een Eersteling is de eerste vrucht van de oogst. Die is, zoals het woord zegt, de eerste, maar houdt de belofte in dat de rest zal volgen. Dat geschiedt in fases en deze volgorde bespreekt Paulus dan ook in vers 23-24.
Het is belangrijk dat Paulus hier stelt dat Christus de Eersteling is. Er zijn immers eerder ook al mensen opgewekt uit de dood, maar zij stierven weer. Denk aan Lazarus, het dochtertje van Jaïrus en de jongeling van Naïn. Christus is onvergankelijk opgewekt, de dood heeft geen heerschappij meer over Hem (Rom.6:11). Hij is opgewekt in onvergankelijkheid, heerlijkheid en kracht (1 Kor.15:42-43).
21 Want daar immers door één mens de dood er is, is er ook door één mens de opstanding van doden.
door één mens
Eerder zagen we al hoe Paulus in Romeinen 5 uiteenzet dat door één mens, Adam, dood en zonde de mensenwereld binnenkwam. De hele mensheid heeft hier deel aan via Adam. Geen ontkomen aan. De opstanding van doden is er ook door één mens, Christus. In vers 22 wordt dan weer een soortgelijke vergelijking gemaakt als in Romeinen 5.
22 Want net zoals in Adam allen sterven, zo zullen ook in Christus allen levend gemaakt worden.
allen levend gemaakt
De formulering uit vers 21 wordt nader uitgewerkt en toegelicht: want net zoals. De dood is er door één mens (:21): want net zoals in Adam allen sterven. Ook hier geldt weer: geen ontkomen aan, we zijn allemaal stervelingen. Maar: zó zullen ook in Christus allen worden levend gemaakt. Net zo’n scherpe vergelijking als in Rom.5:18. Adam staat model voor de mensheid en neemt allen mee in dood en sterfelijkheid. Zo ook neemt Christus diezelfde mensheid mee in leven en onvergankelijkheid, want daar gaat het hier over. Het is het leven van Christus, de Eersteling. Hoe dat gebeurt, lezen we een aantal verzen verder.
26 De laatste vijand, de dood, wordt teniet gedaan.
geen dood meer
De dood wordt teniet gedaan, buiten werking gesteld. Er zal dus geen dood meer zijn. Dat kan alleen als er geen enkel mens is die zich nog in de dood bevindt. Elk mens zal worden levend gemaakt in onvergankelijkheid!
2 Timotheüs 1
10 (…) onze Redder, Christus Jezus, die de dood teniet doet en leven en onvergankelijkheid aan het licht brengt door het evangelie.