Simson verslaat duizend man met een ezelskaak en dat is een uitbeelding van de Heer, die in vernedering kwam tot Zijn volk, maar niet aanvaard werd als Verlosser. De duizend mannen zijn een uitbeelding van het Israëlitisch Koninkrijk dat niet openbaar zou worden. Zij worden neergeslagen (>terzijde gesteld). Maar toch is daar in de droogte een bron van levend water beschikbaar!
Richteren 15
17 En het gebeurde toen hij klaar was met spreken, dat hij het kaakbeen uit zijn hand weggooide. En hij noemde die plaats Ramat-Lechi.
18 En hij had uitermate veel dorst en hij riep tot JAHWEH en hij zei: U, U gaf deze grote redding in de hand van Uw dienaar, maar nu sterf ik van de dorst en val ik in de hand van de onbesnedenen.
19 En God spleet de holte open die in Lechi is en daaruit ging water, en hij dronk. En zijn geest keerde terug en hij leefde. Daarom noemde hij haar naam En-Hakkore, die in Lechi is tot aan deze dag.
20 En hij richtte Israël in de dagen van de Filistijnen, twintig jaren.
een bron van water
Simson noemt de plaats van dit voorval Ramat-Lechi. Dat betekent Hoogte van de kaak. Dan heeft hij dorst en staat er letterlijk God spleet de holte die in het Lechi is open. Maar Lechi betekent kaak, dus als we Lechi ook vertalen, staat er: God spleet de holte die in de kaak is open. Er ontstond een bron van water uit de ezelskaak, want Simson noemde de waterstroom: En-Hakkore, dat is: Bron van de roepende.
geest en leven
Hier gaat natuurlijk een geweldige sprake van uit. Het spreekt van onze tijd. Christus kwam in vernedering, rijdend op een ezel en is gehoorzaam geworden tot de dood van het kruis (Fil.2:8). Maar nu bevindt Hij zich in de hoogte (Hebr.1:3). God heeft Zijn aangezicht verborgen (Deut.31:18) en deze wereld is in duisternis. of anders gezegd: er is droogte (vergelijk Ez.37:11) en Israël is afgesneden. God spreekt (>de ezelskaak) nu tot ons in Zijn Zoon en dat is een bron van levend water, want Zijn woorden zijn geest en leven (Joh.6:63). In Rich.15:19 lezen we dan ook: …en zijn geest keerde terug en hij leefde.
twintig jaren
Een opvallend detail dat we lezen in vers 20, is dat Simson Israël twintig jaren richtte. Dit wordt doorgaans vermeld bij de afsluiting van de geschiedenis van een Richter. Dat lezen we bijvoorbeeld bij Jeftha (12:7), maar ook bij Simson, want een hoofdstuk verder vinden we deze mededeling nogmaals (16:31). Het lijkt hier op het eerste gezicht dan ook niet helemaal op z’n plaats. Maar ook dat heeft natuurlijk een betekenis.
De twintig jaren zijn een uitbeelding van de huidige tussentijd van 2000 jaar, waarin Israël is afgesneden, de Messias Zich bevindt in de hoogte en er een bron van levend water beschikbaar is. Het is dezelfde periode als Jakob in het buitenland verbleef (Gen.31:38), of de twintig jaren die er verstreken voordat Jozef zijn broeders, het huis van Jakob weerzag.