Bij het bespreken van het onderwerp wat het evangelie is, kan één onderwerp niet onbesproken blijven en dat is het begrip aeon in de Schrift. Sommige lezers zullen het woord aeon niet kennen, maar dat komt omdat de betekenis daarvan in de loop van de tijd is vergeten of weggestopt. In diverse woordenboeken en encyclopedieën kom je het nog tegen. Hoewel ook daar verschillende en zelfs tegenovergestelde betekenissen worden gegeven, dus daar zouden we ook niet op vertrouwen. Onze bron is de Schrift en die is duidelijk over de betekenis van dit begrip.
de sleutel voor het begrijpen van Gods plan
In de Griekse grondtekst van het nieuwe testament van de bijbel wordt 193 keer het woord aion (G165), of het bijvoeglijk naamwoord hiervan, aionion (G166), gebruikt.
Een aion is een tijdperk, en zo wordt het dan ook soms vertaald in de gangbare vertalingen, zoals de Statenvertaling en de NBG vertaling. Zie bijvoorbeeld in Matth.12:32, Luk.20:35, Hebr.6:5 waar het begrip wordt vertaald met eeuw. Een eeuw, niet in de zin van een tijdvak van honderd jaar, maar in de bredere betekenis van het woord: een (lange) begrensde tijdruimte.
eeuw, eeuwigheid of wereld?
Maar vaak wordt het woord in de gangbare bijbelvertalingen vertaald met eeuwigheid en dat is een volstrekt tegenovergesteld begrip! Een eeuw is een tijdsperiode met een begin en einde, het begrip eeuwigheid wordt geduid als zonder begin en zonder einde.
Ook worden er nog andere vertaalwoorden voor het woord aion gekozen, zoals wereld (Matth.24:3; 28:20) en loop (zie Ef.2:2 NBG vertaling).
Het gevolg is dat degene die nietsvermoedend een bijbelvertaling leest, opgezadeld wordt met de willekeur en interpretatie van de vertalers, want welk begrip er achter deze vertaalwoorden als: eeuw, eeuwigheid, wereld, loop, enz. schuil gaat, ziet niemand meer.
zuiver
Degene die ervan uitgaat dat het Woord van God levend en krachtig is (Hebr.4:12) zoals Hij het ons doorgeeft en die verder wil zoeken dan wat het mensenwerk van de vertalers ons wil doen geloven, zoekt onder de oppervlakte. Dan weet je dat God met elk woord en met elke uitdrukking in de Schrift een bedoeling heeft. Gods Woord is volmaakt, gezuiverd en daarom is het belangrijk om zo dicht mogelijk bij dát Woord te komen.
Psalm 12
6 De woorden van JAHWEH zijn zuivere woorden, zilver gelouterd in een aarden smeltoven, zevenvoudig gelouterd.
Gods woord is zuiver en gelouterd. Vertalingen zijn dat niet. Men heeft hetzelfde Griekse woord aion telkens weergegeven met andere vertaalwoorden, die zelfs tegenovergestelde betekenissen hebben. De weergave van het begrip aion in bijbelvertalingen is dan ook onzuiver.
plan van aeonen
De bijbel leert dat God een voornemen (dat is: een plan) heeft met deze aionen en dat Hij Degene is die de aionen gemaakt heeft:
Efeze 3
11 in overeenstemming met het voornemen van de aeonen, dat Hij uitvoert in Christus Jezus, onze Heer.
Hebreeën 1
2 (…) door Wie ook Hij de aeonen maakt.
vertalingen tegen het licht gehouden
Hieronder een aantal voorbeelden van het gebruik van het woord aion in onze bijbelvertalingen, met in cursieve letters erachter hoe het in de grondtekst staat. De teksten zijn overgenomen uit de Statenvertaling:
Mattheüs 12
32 (…) maar zo wie tegen den Heiligen Geest zal gesproken hebben, het zal hem niet vergeven worden, noch in deze eeuw, noch in de toekomende (noch in deze aeon, noch in de toekomende).
Mattheüs 13
22 (…) en de zorgvuldigheid dezer wereld (van deze aeon).
39 (…) en de oogst is de voleinding der wereld (voleinding van de aeon).
40 (…) alzo zal het ook zijn in de voleinding dezer wereld (voleinding van deze aeon).
Maar in hetzelfde hoofdstuk:
49 Alzo zal het in de voleinding der eeuwen wezen… (voleinding van de aeon).
Het woord dat in Mattheüs 13 in de verzen 22, 39 en 40 vertaald is met wereld, is een paar verzen verder opeens vertaald met eeuwen. Een heel ander woord en ook nog eens in het meervoud, terwijl er geen meervoud staat, maar een enkelvoud.
Lukas 1
70 Gelijk Hij gesproken heeft door den mond Zijner heilige profeten, die van het begin der wereld geweest zijn (begin van de aeon).
1 Korinthe 10
11 (…) op dewelke de einden der eeuwen gekomen zijn (einden van de aeonen).
begin en einde
Aeonen hebben dus een begin en een einde, volgens deze Schriftplaatsen. Hier kon men dan natuurlijk ook niet vertalen met werelden of eeuwigheden. Van beiden bestaat geen meervoud en een eeuwigheid kent géén begin en einde.
Openbaring 1
6 (…) Hem, zeg ik, zij de heerlijkheid en de kracht in alle eeuwigheid (tot in de aeonen van de aeonen).
in alle eeuwigheid?
Let op hoe hier van twee keer het woord aeonen, één keer het woord eeuwigheid wordt gemaakt, van twee keer meervoud wordt één keer enkelvoud gemaakt en het woord alle staat niet in de grondtekst en is toegevoegd.
Deze uitdrukking tot in de aeonen van de aeonen is een belangrijk begrip in het boek Openbaring en komt maar liefst 14 keer voor. De aeonen van de aeonen zijn de meest belangrijke, de meest heerlijke aeonen (tijdperken) die nog moeten komen. Maak van deze tijdperken in alle eeuwigheid en er ontstaat een hopeloze situatie voor het merendeel van Gods schepping.
Openbaring 20
10 (…) en zij zullen gepijnigd worden dag en nacht in alle eeuwigheid (tot in de aeonen van de aeonen).
Een aeon heeft te maken met tijd en niet met tijdloosheid.
Titus 1
2 in de hoop van aeonisch leven, dat God, die niet liegt, belooft, vóór aeonische tijden.
tijd(en)
Het begrip aeonische tijden bewijst dat het begrip spreekt over tijd en niet staat tegenover tijd. We vinden hetzelfde begrip aeonische tijden ook nog in Rom.16:25 en 2 Tim.1:9. Dat laatste is in verband met Tit.1:2 interessant omdat in beide verzen wordt gesproken over vóór aeonische tijden. Dat betekent dus, dat er een tijd was, vóórdat de aeonen aanvingen. Zoals we zagen dat de aeonen ook een einde en voleinding hebben. Overigens blijkt dit ook uit het meervoud in aeonische tijden. Tijden hebben een einde en volgen elkaar op. De aeonen zijn tijdperken die ooit begonnen en ooit zullen ophouden.
het bijvoeglijk naamwoord
zon – zonnig
water – waterig
hoek – hoekig
geel – gelig
eeuw – eeuw-ig
Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over het zelfstandig naamwoord. Zonnig zegt iets over zon, waterig over water, enz. Als we het woord aeon vertalen met eeuw, in de zin van een tijdperk, zouden we moeten weten wat het bijvoeglijke naamwoord eeuw-ig betekent. Het zegt iets over de eeuw, het tijdperk: betrekking hebbend op de eeuw. Maar omdat het zo’n ‘vervuild’ begrip is, gebruik ik liever het woord aeon of aeonisch. Dat woord moet vaak uitgelegd worden, maar heeft in ieder geval niet de bijklank van eindeloosheid, die het begrip eeuwig in de loop van de tijd ten onrechte gekregen heeft.
door elkaar gegooid
Wie gooit de dingen zo door elkaar? We zagen eerder al dat Duivel de vertaling is van het Griekse diabolos. Dat betekent letterlijk doorheen-werper. Hij gooit alles door elkaar en dat is hem met het begrip aion ook erg goed gelukt. Zijn Hebreeuwse aanduiding is Satan.
Satan is de god van deze aeon volgens 2 Korinthe 4:4. Ook daar wordt het woord aeon gebruikt. Nu opeens vertaald met eeuw, want men kan hem natuurlijk niet duiden als god van de eeuwigheid. Als men eerlijk en consequent had vertaald, had men het echter wel zo weergegeven.
Er staat dus nogal wat op het spel met de vertaling van dit begrip. Ik meen dan ook dat het juist verstaan van dit begrip de sleutel is tot het begrijpen van de hele Schrift en van Gods plan met Zijn schepping.