de wegrukking: wanneer? het optreden van Michaël

We hebben gezien wie er mee gaan met de wegrukking, maar ook waarom en waartoe we weggenomen zullen worden. Kort samengevat is dat, om onze hemelse positie in Christus in te gaan nemen. Daartoe worden wij verenigd met Christus, wij zijn immers Zijn lichaam en Zijn één met Hem. Maar we kunnen diezelfde vragen waarom we worden weggerukt en waartoe, ook vanuit een ander perspectief bezien, namelijk in samenhang met de gebeurtenissen hier op aarde. Want ook daar valt veel over te zeggen.

Thessalonicenzen brieven
Het zijn voornamelijk de Thessalonicenzen brieven die daarover veel vermelden. Paulus was korte tijd in Thessalonica geweest (Hand.17) en schreef hen later twee brieven, omdat hij gehoord had dat er zaken nog onduidelijk waren voor hen. Daarom wil hij hen bemoedigen met de waarheid, zodat zij daar vast in konden staan (1 Thess.4:13, 18: 2 Thess.2:1-2).

spoedige wederkomst
De Thessalonicenzen brieven zijn geschreven in de Handelingen tijd, waarin de deur voor Israël nog niet definitief in het slot was gevallen. De vraag die in Handelingen klinkt en beantwoord wordt, is of Israël zich zou bezinnen en als volk tot bekering zou komen (Hand.1:6; 3:19-21). Gedurende het verslag van Handelingen wordt duidelijk dat dit niet zou gebeuren, dat Israël voorlopig terzijde zou worden gesteld en redding naar de natiën werd gezonden (Hand.13:46-47; 28:28). Maar de Thessalonicenzen leefden nog in de verwachting van een spoedige terugkomst van de Heer. Later zou Paulus, maar ook Petrus, bekendmaken dat de wederkomst en het herstel van Israël zouden uitblijven en dat de dagen waarvan bijvoorbeeld de profeet Hosea spreekt, opgevat moeten worden als dagen van duizend jaar (2 Petr.3:8).

weer actueel
Wij leven inmiddels bijna 2000 jaar later en daarom is de boodschap in deze brieven actueler dan ooit. Toen maakte God een omweg, die in de Schrift verborgen lag en door Paulus onthuld werd. Maar nu breekt binnenkort de tijd aan dat God deze beloften definitief gaat vervullen!

1 Thessalonicenzen 4
13 Maar wij willen niet dat jullie onwetend zijn, broeders, wat betreft hen, die ontslapen zijn, opdat jullie niet bedroefd zullen zijn, zoals de overige mensen, die geen hoop hebben.
14 Want indien wij geloven, dat Jezus stierf en opstond, zal God ook zó hen, die ontslapen zijn, door Jezus, leiden samen met Hem.
15 Want dit zeggen wij tot jullie met een woord van de Heer, dat wij de levenden, die overblijven tot in de parousia van de Heer, absoluut niet degenen die ontslapen zijn zullen inhalen…

parousia
Paulus informeert zijn lezers met betrekking tot de parousia (letterlijk: aanwezigheid) van de Heer. Meestal vertaald met (weder)komst. Die zal aanvangen met de wegrukking (:15). De Thessalonicenzen worden door Paulus bemoedigd met betrekking tot hun medegelovigen die al ontslapen zijn. Zij wisten blijkbaar niet (meer) dat deze ontslapenen ook deel hebben aan de wegrukking. Sterker nog, zo zegt Paulus, de doden in Christus zullen eerst opstaan.

16 want de Heer zelf zal in een commando, in de stem van de overste van de boodschappers en in de bazuin van God, neerdalen vanaf de hemel, en de doden in Christus zullen eerst opstaan.

de aartsengel
We vinden hier drie dingen vermeld rond het tijdstip van de wegrukking: in een commando (> bevel), de stem van de overste van de boodschappers (> de aartsengel) en in de bazuin van God. Dit zouden drie aanduidingen kunnen zijn voor hetzelfde. De Heer zal, via de aartsengel, door middel van een bazuin, een bevel geven aan de doden in Christus om op te staan.

Het woord dat hier wordt weergegeven met overste van de boodschappers is in het Grieks één woord: archaggelos, en wordt in de Statenvertaling en NBG weergegeven met aartsengel. De aartsengel is de eerste engel in rang en vandaar ook de overste. Het woord engel is oorspronkelijk een Grieks woord dat is “vernederlandst” en betekent boodschapper. Volgens de bijbel is er slechts één aartsengel en we weten ook zijn naam.

Judas 1
9 Maar Michaël, de aartsengel (…)

Michaël is de aartsengel. Van de overste van de boodschappers is er slechts één, maar ook het bepaald lidwoord geeft exclusiviteit aan. Het is juist deze Michaël die we een aantal keren tegenkomen in de Schrift en die een specifiek tijdstip markeert.

Daniël 12
1 En in die tijd zal Michaël opstaan, de grote overste die staat over de zonen van jouw volk. En het zal een tijd van benauwdheid zijn die niet is geweest sinds dat er een natie geweest is tot aan deze tijd. En in deze tijd zal jouw volk ontsnappen, elk die gevonden wordt geschreven te zijn in de boekrol.

Israëls benauwdheid
Michaël markeert hier de periode van Israëls benauwdheid. Jeremia noemt dit de tijd van benauwdheid voor Jakob (30:7). In Mattheüs 24 houdt Jezus een toespraak tot Zijn discipelen, die wel genoemd wordt de rede over de laatste dingen. Hierin verwijst Hij naar Daniël (:15) en refereert Hij ook aan de profetie uit Daniël 12.

Mattheüs 24
21 Want dan zal er een grote verdrukking zijn, zodanig als er niet geweest is vanaf het begin van de wereld, tot nu toe, en ook absoluut niet meer wezen zal.

grote verdrukking
De tijd van Israëls grote verdrukking, die een tijd van benauwdheid zal zijn zoals er niet eerder is geweest en nooit meer zijn zal, wordt gekenmerkt door het optreden van de aartsengel Michaël. Het gelovig deel van Israël zal voor die verdrukking aanvangt het land kunnen ontvluchten. Dat vinden we beschreven in Dan.12:1 en ook in Matth.24:15-21. Deze grote verdrukking zal 1260 dagen duren (Opb.12:6; 11:3), of tijd, tijden en een halve tijd (Dan.12:7; Opb.12:14), dat is 3 ½ jaar. Of nog anders gezegd: 42 maanden (Opb.11:2; 13:5).

Openbaring 12
Meerdere keren hebben we in deze serie over de wegrukking al verwezen naar Openbaring 12, de wegrukking van de mannelijke zoon. Later zullen we dit gedeelte nog in het geheel bespreken. Ook daar vinden we Michaël.

Openbaring 12
7 En er kwam oorlog in de hemel; Michaël en zijn boodschappers voeren oorlog tegen de draak, en de draak voert oorlog, en zijn boodschappers,
8 maar zij zijn niet sterk genoeg voor hem, en hun plaats werd in de hemel niet meer gevonden,
9 en de grote draak werd uitgeworpen, de slang van de begintijd, die Duivel en Satan genoemd wordt, die de gehele bewoonde wereld doet dwalen; hij werd op de aarde geworpen, en zijn boodschappers werden met hem uitgeworpen.

de mannelijke zoon
In dezelfde periode als waarin de mannelijke zoon wordt weggerukt tot God en Zijn troon (:5), komt er oorlog in de hemel. Deze oorlog wordt aangevoerd door Michaël als overste van de engelen en is gericht tegen Satan en zijn engelen. Satan verliest de strijd, wordt de hemel uitgeworpen en komt op de aarde terecht. Daar zal hij de betrekkelijk korte tijd (:12) die hij heeft, zijn toorn richten op de vrouw, Israël (:13,17). Bijzonder is dat Satan vanuit de hemel op aarde wordt geworpen en de ecclesia vanaf de aarde naar de hemel wordt weggenomen, om de heerschappij op zich te gaan nemen.

conclusie
Michaël markeert in 1 Thess.4:16 het moment van de wegrukking. Hij zal daarvoor het sein geven door middel van een bevel, een bazuin. In Openbaring 12 wordt deze wegrukking beschreven als de wegrukking van de mannelijke zoon, waarop direct een periode van 1260 dagen van grote verdrukking aanvangt. Voor deze periode wordt niet alleen de ecclesia in veiligheid gebracht, maar ook het gelovig deel van Israël zal de mogelijkheid hebben om te vluchten naar een plaats, die haar door God is bereid (Opb.12:6,14). Ook in Dan.12:1 en Opb.12:7 zien we hoe Michaël opstaat bij het begin van de periode van de benauwdheid voor Israël. De wegrukking zal dan ook plaatsvinden vlak voor het aanbreken van deze grote verdrukking.

17 Vervolgens zullen wij, de levenden die overblijven, tegelijkertijd samen met hen weggerukt worden in wolken, tot ontmoeting van de Heer in de lucht.  En zó zullen wij altijd samen met de Heer zijn.
18 Bemoedig elkaar dus met deze woorden!