Onlangs ontving ik een persoonlijk berichtje van iemand als reactie op iets dat ik had geschreven over het goede bericht dat God alle mensen op het oog heeft, niemand uitgezonderd. Naar aanleiding hiervan bracht hij een aantal dingen naar voren, waaronder:
“Ik denk dat uw opvattingen het boek Openbaringen grondig tegenspreken. Er wordt duidelijk gesproken van een tweede dood (een eeuwige dood) in de poel van zwavel”.
Uit verdere correspondentie blijkt dat hij met “eeuwige dood” een altijddurende dood bedoelt. De schrijver van het bericht legt de tweede dood uit als een dood die nooit eindigt. Maar is dit terecht?
In de teksten in Openbaring waar sprake is van de tweede dood (Op.2:11, 20:6, 20:14, 21:8) wordt met betrekking tot het begrip de tweede dood, alleen uitgelegd dat de tweede dood hetzelfde is als het meer van vuur (Op.20:14). Het begrip “eeuwige dood” komt niet voor in deze teksten en vinden we ook nergens in de Schrift.
Wat leert de bijbel wél over de dood? Heeft de dood het laatste woord?
2 Timotheüs 1
10 (…) onze Redder, Christus Jezus, Die inderdaad de dood teniet doet en onvergankelijk leven aan het licht brengt, door het evangelie.
De dood wordt buiten werking gesteld, teniet gedaan, door Christus Jezus, doordat Hij onvergankelijk leven aan het licht brengt, staat hier. Dat is het goede bericht! Hoe doet God dat?
1 Korinthe 15
22 Want evenals in Adam allen sterven, zo zullen ook in Christus allen levend gemaakt worden.
De dood wordt teniet gedaan door allen levend te maken! Alle mensen die in Adam stervelingen zijn geworden, zullen in Christus levend gemaakt worden. Dé God is de levende God, die alles levend maakt, zegt ook 1 Tim.6:13.
De dood zal de laatste vijand zijn die teniet gedaan wordt, zegt het vervolg in 1 Korinthe 15:
26 De laatste vijand, die teniet gedaan wordt, is de dood,
27 want alles heeft Hij aan zijn voeten onderworpen. Maar wanneer Hij zegt, dat alles onderworpen is, is blijkbaar Hij uitgezonderd, die Hem alles onderworpen heeft.
28 Wanneer alles Hem onderworpen is, zal ook de Zoon zelf Zich aan Hem onderwerpen, die Hem alles onderworpen heeft, opdat God zij alles in allen.
Wat een geweldig vooruitzicht!