Gisteren zei ik tijdens een studie dat de schrijver van de Hebreeën brief zich niet expliciet bekend maakt, maar dat ik geloof dat het Paulus is. Naderhand vroeg één van de aanwezigen waarom ik dat zei. Boven de brief staat immers: de brief van de apostel Paulus aan de Hebreeën. Mijn antwoord was dat dit een opschrift is, dat weliswaar al boven oude handschriften staat, maar niet tot de inhoud van de brief zelf behoort. Het is een later toegevoegd opschrift.
Hebreeër uit de Hebreeën
Nergens in de brief zelf wordt gezegd dat Paulus de schrijver is. Al zijn brieven vangen aan met woorden als: “Paulus, apostel van Jezus Christus aan de gemeente van”, maar in de Hebreeën brief ontbreekt een dergelijke aanhef. Er zijn genoeg aanwijzingen, meen ik, die in zijn richting wijzen als schrijver van deze brief, maar wij zouden ons beter met de vraag bezig kunnen houden waarom zijn naam ontbreekt. Paulus is de apostel van de natiën (Rom.11:13, 1 Tim.2:7) en is het dan niet veelzeggend dat hij in een brief die hij tot zijn volksgenoten (Fil.3:5) schrijft, anoniem blijft?
brief aan de Hebreeën
Maar er is meer aan te merken op het opschrift boven de brief. Ook de adressering ‘aan de Hebreeën’ vinden we nergens in de brief zelf. En hoewel ik ervan overtuigd ben dat de brief ook aan Hebreeën is geschreven, zie bijvoorbeeld dit artikel, het staat er niet in. En ik zeg dat, omdat sommigen de brief aan de kant schuiven als zijnde niet ter zake voor ons. Wij zijn immers geen Hebreeën, maar gelovigen uit de natiën, zo is de redenering.
De Hebreeën brief is geschreven aan Hebreeën die wel degelijk een hemelse roeping hadden en geen aardse, zoals Israël. De boodschap van de brief is juist dat al het aardse, ook de Joodse religie en haar inzettingen, voorbij zouden gaan en slechts als doel hebben om te spreken van de hemelse dingen (Hebr.8:5), zoals de tabernakel die een beeld is van de hemel (Hebr.9:24). Deze Hebreeën waren leden van de ecclesia, het lichaam van Christus:
Hebreeën 12
23 tot een universele vergadering en de gemeente van de eerstgeborenen, die in de hemelen opgeschreven zijn (…)