Mozes wordt door God geroepen bij de berg Horeb (=Sinaï, zie Deut.4:10-11) vanuit een brandende doornstruik. Deze doornstruik is een uitbeelding van de wet. Later spreekt Paulus van de ‘vloek van de wet’ (Gal.3:13) en over ‘een bediening van de dood’ (2 Kor.3:7). Toch maakt God zich in die doornstruik bekend, hoe zit dat?