Als we ons afvragen waarom we worden weggerukt, zijn daar meerdere antwoorden op te geven. Het antwoord dat voor ons misschien het meest voor de hand ligt, vinden we in de context van de gebeurtenissen hier op aarde. De wegrukking is namelijk geen op zichzelf staande gebeurtenis, maar vindt plaats in een turbulente periode waarin de ontwikkelingen elkaar snel zullen opvolgen. De wegrukking heeft een plaats binnen de gebeurtenissen met betrekking tot Israël, een periode van “vrede en zekerheid”, de grote verdrukking, de zeven zegels uit Openbaring 6, enz.
Ik noem deze zaken hier slechts zonder ze uit te leggen, maar om er later op terug te komen als ik wat Schriftgedeelten wil bespreken die handelen over het tijdstip van de wegrukking.
één lichaam
Maar we hebben tot nu toe ook gezien dat de wegrukking het moment is dat we in de positie geplaatst worden die onze lotsbestemming is. Dat richt onze blik niet op de omstandigheden hier op aarde, maar omhoog, naar de hemel. We zullen aangesteld worden tot zonen van God en samen met Christus ons lotsdeel in ontvangst nemen: deze hele schepping! Wij zijn als het lichaam van Christus onlosmakelijk met Hem verbonden en bestemd om te regeren over hemelen en aarde.
1 Korinthe 12
12 Want net als het lichaam één is, en vele leden heeft, maar al de leden van het ene lichaam, die vele zijn, één lichaam zijn, zó ook de Christus.
de Christus
Paulus gaat in deze hoofdstukken in de 1e Korinthe brief uitgebreid in op de metafoor van het lichaam, dat hoewel het zeer divers is met allerlei verschillende leden, die verschillende lichaamsdelen toch één lichaam vormen. Dan zou je verwachten dat hij zegt: zó ook het lichaam van Christus. Maar Paulus zegt het nergens zo kort en krachtig als hier: zó ook de Christus. Hij noemt hier het gehele lichaam, Hoofd en leden, kortweg: de Christus.
één organisme
De reden dat wij weggerukt worden, is dat we bij Hem horen, we zijn één met Hem. Als ik beschrijvingen zou gebruiken als: we zijn Zijn intimi, Zijn vertrouwelingen, of Zijn naasten, dan zouden die woorden te zwak zijn en onze verbondenheid met Hem tekort doen. We zijn eén organisme (Rom.6:5), we zijn één lichaam met Hem! Eigenlijk zou je kunnen zeggen dat de situatie zoals die nu is, niet normaal is. Hoofd en lichaam zijn nog gescheiden en moeten verenigd worden. Vanaf de wegrukking zullen wij dan ook immers altijd samen met de Heer zijn (1 Thess.4:17).
de wereld en engelen oordelen
Paulus schrijft aan de Korinthiërs over het feit dat zij bij hun geschillen hun recht zochten bij aardse rechters (1 Kor.6:1). Hij reageert daarop verbaasd en geschokt. Blijkbaar beseften deze gelovigen niet wie zij waren en tot welke toekomst God hen bestemd had.
1 Korinthe 6
2 Of weten jullie niet, dat de heiligen de wereld zullen oordelen? En indien de wereld door jullie geoordeeld wordt, zijn jullie dan onwaardig voor de minste rechtbanken?
3 Weten jullie niet, dat wij engelen zullen oordelen? (…)
broeders
Paulus is verbluft dat broeders elkaar voor het gerecht sleepten en zich lieten oordelen door ongelovigen (6:6). Bedenkt dat een broeder een mede-erfgenaam of samen-lot-bezitter is (Rom.8:17), dus iemand met dezelfde roeping en toekomst. Een lid van hetzelfde lichaam.
Wij zullen met Christus en onze medegelovigen gesteld worden over het heelal. We zullen de wereld en de engelen oordelen, want wij zullen hemelen en aarde onderschikken. Als je dat beseft, dan ga je die ander toch niet voor een aardse rechtbank slepen? Paulus zegt als het ware: de rechter die je nu vraagt om recht te spreken, zal straks door jullie zelf gericht worden. Dan is het toch absurd wat jullie doen!
bestemd voor de troon
Eerder wees ik al in verband met Romeinen 8 op het hoofdstuk Openbaring 12, waar wordt gesproken over de geboorte van een mannelijke zoon. Deze mannelijke zoon is een voorstelling van het lichaam van Christus, of korter gezegd: de Christus. Dit Schriftgedeelte geeft ons veel inzicht met betrekking tot de samenhang van de gebeurtenissen rond de wegrukking, dus zal nog uitgebreid besproken worden. Maar voor nu wil ik op één detail wijzen.
Openbaring 12
5 En zij bracht een mannelijke zoon voort, die op het punt staat alle natiën te hoeden met een ijzeren knots; en het kind van haar wordt weggerukt naar God, en naar Zijn troon.
heerschappij
De mannelijke zoon wordt weggerukt tot God en Zijn troon. Dat laatste had er niet achter hoeven staan, als het alleen om het feit zou gaan dat de ecclesia wordt weggerukt. Maar het staat er wel, omdat het spreekt van de positie en taak van die mannelijke zoon. De ecclesia, het lichaam van Christus, is bestemd voor de heerschappij en daarom wordt de mannelijke zoon weggerukt!