Gisteren sprak ik in een bijbelstudie over de afstand tussen de Olijfberg en Jeruzalem en de diepere betekenis daarvan. De Olijfberg heeft zijn naam te danken aan de Olijfboom, die olijven voorbrengt, waar weer olijfolie van gemaakt wordt. Stuk voor stuk uitbeeldingen van geest en leven. Ook op de betekenis van die dingen ben ik ingegaan.
Gethsemané
In het verleden moeten er veel olijfbomen hebben gestaan op de Olijfberg. Aan de voet van de berg ligt een plaats Gethsemané, die we ook kennen uit de Schrift (Matth.26:36; Marc.14:32). Gethsemané betekent olijfpers of oliepers. Aannemelijk is dan ook dat er zoveel olijfbomen op de Olijfberg stonden dat het praktisch was om de olijvenoogst meteen te verwerken aan de voet van de Olijfberg.
leven
Wie in die tijd vanuit Jeruzalem naar het oosten keek, naar de Olijfberg, had uitzicht op een berg die bedekt was met Olijfbomen, die een embleem zijn van leven. Het tekent de verwachting van het volk Israël dat dat uitzag naar de beloofde Messias en het Koninkrijk dat Hij zou vestigen. Een berg is als hoge plaats ook een uitbeelding van dat Koninkrijk.
doods
Maar wie nu naar Jeruzalem gaat en de blik werpt naar het oosten, ziet op die helling van de Olijfberg vrijwel niets anders dan graven. Is dat ook geen treffende illustratie van het Joodse volk in onze tijd? Israël is gestruikeld, God heeft hun ogen verduisterd, Zijn aangezicht voor hen verborgen en zij zijn afgesneden (Rom.11:10-11; Deut.31:17-18; Ez.37:11).
dal van dorre doodsbeenderen
De huidige positie van het volk Israël wordt in de profetieën dan ook voorgesteld als in de dood. Denk aan het visioen in Ezechiël 37 van het dal van de dorre doodsbeenderen. Daar wordt Israël voorgesteld als een vallei met botten, een grote begraafplaats. De verandering van het uitzicht vanuit Jeruzalem op de Olijfberg is dan ook illustratief. Van de verwachting van leven en zegen is dat veranderd naar een uitzicht op graven en dood. Maar wie het evangelie kent weet dat de dood nooit het laatste woord heeft. Israël zal herleven!
Ezechiël 37
12 Daarom, profeteer, en jij zegt tot hen: Zó zegt de Heer JAHWEH: zie, Ik zal jullie graven openen en Ik zal jullie uit jullie graven doen opgaan, mijn volk, en Ik zal jullie naar de land van Israël brengen.
13 En jullie zullen weten, dat Ik JAHWEH ben, wanneer Ik jullie graven open en wanneer Ik jullie uit jullie graven doe opgaan, mijn volk.
14 Ik zal mijn geest in jullie geven, en jullie zullen leven…