Dit is een belangrijke gelijkenis, omdat het ons een fundamentele waarheid leert. Als men deze gelijkenis al als zodanig herkent, legt men deze meestal uit dat we bij het bestuderen van het woord nieuwe dingen leren, maar ook de oude eruit halen.
52 …Daarom iedere Schriftgeleerde, die leerling gemaakt wordt van het Koninkrijk van de hemelen is gelijk aan een mens, een huiseigenaar, die uit zijn schat nieuwe en oude dingen tevoorschijn haalt.
geheimen
Maar in de context waarin de Heer deze gelijkenis geeft, heeft Hij Zijn discipelen zojuist nieuwe dingen onderwezen, namelijk de geheimen van het Koninkrijk van de hemelen. In deze samenhang zijn dát dan ook de nieuwe dingen die wij, als we ons laten onderwijzen door het woord, uit de Schrift leren.
nieuwe dingen
Nieuwe dingen gaan over ‘oude profetieën’ die een nieuwe betekenis krijgen. Deze nieuwe betekenis komt niet in plaats van de oude, maar de woorden krijgen een extra vervulling.
De apostel Paulus gaat ons hierin voor, door bijvoorbeeld in Efeze 4:8, een vers uit Psalm 68 aan te halen, dat gaat over Israël en het een nieuwe toepassing te geven, namelijk op de ecclesia. Of als in Psalm 110 wordt gesproken over de Messias die zou zitten aan Gods rechterhand en alle vijanden zal onderschikken, onthult Paulus in Efeze 1:20-23 dat het hier gaat over Christus én de ecclesia, die Zijn lichaam is.
Paulus was de beheerder (>huishouder) van de genade van God (Ef.3:2) en aan hem was door God het beheer toevertrouwd (Ef.3:9) om het geheim van de Christus onder de natiën bekend te maken (Ef.3:1-9). Een geheim dat tot dan toe verborgen was geweest (Kol.1:26).
Christus en de ecclesia
Als Paulus in Efeze 5 spreekt over man en vrouw binnen het huwelijk, legt hij uit dat man en vrouw een uitbeelding zijn van Christus en de ecclesia (Ef.5:23). Om dit verder te onderbouwen wijst hij op wat we vinden in het begin van de Schrift, in de geschiedenis van Adam en Eva.
Efeze 5
31 Daarom zal een mens zijn vader en moeder verlaten en samengevoegd worden aan zijn vrouw, en de twee zullen tot één vlees zijn.
Wat Paulus hier aanhaalt, was niet verborgen, maar is het fundament voor het huwelijk ‘vanaf den beginne’. Maar dan voegt Paulus daar iets aan toe:
Efeze 5
32 Dit geheim is groot, ik zeg het echter met het oog op Christus en de ecclesia.
een groot geheim
Het geheim dat Paulus hier bekendmaakt, is dat de geschiedenis van Adam en Eva een uitbeelding is van Christus en de ecclesia. Het geheim van de eenheid van Christus en de ecclesia lag daarin al verborgen. Zoals Eva werd gevormd uit Adam, zo is de ecclesia één lichaam met Christus. En wanneer een man en vrouw zich verbinden in een huwelijk en één vlees worden, is dat een voorstelling van Christus en de ecclesia. De vleselijke eenheid van man en vrouw, is een uitbeelding van de geestelijke eenheid van Christus en de ecclesia!
Paulus haalt als Schriftgeleerde uit de schat van de Schrift, nieuwe dingen, door de bedekking eraf te nemen en te onthullen waarvan deze oude geschiedenis ten diepste spreekt.
andere beduiding
En als we dit principe eenmaal kennen, wordt de Schrift een onuitputtelijke schat, waar telkens nieuwe dingen uit kunnen worden opgegraven.
Zo houdt Paulus de Galaten voor dat zij weliswaar onder de wet wilden zijn, maar niet luisterden naar de wet (Gal.4:21). Vervolgens legt hij uit over de geschiedenis van Abrahams twee zonen, Izak en Ismaël, en de moeders van de kinderen, Sarah en Hagar, dat deze dingen beeldspraak zijn en een uitbeelding van geestelijke waarheden. Er liggen zaken in deze geschiedenissen verborgen, de Galaten wisten dit niet en Paulus verwijt hen dat.
Wij mogen als ‘Schriftgeleerden’ de Heer en Paulus volgen en ontdekken wat er in de schat van de Schriften allemaal verborgen ligt.
Dit is de laatste gelijkenis in Mattheüs 13 en voor nu sluiten we daar ook de bespreking van de gelijkenissen mee af. Omdat we nog vele andere gelijkenissen vinden in de evangeliën, hoop ik hier echter op een later tijdstip mee verder te gaan.