het huwelijk (4): de evangeliën

Ook in de evangeliën vinden we een aantal uitspraken over het huwelijk en worden de woorden van den beginne uit Genesis 2 geciteerd. Het zijn uitspraken van Jezus, die Hij hier deed tijdens zijn leven op aarde en we doen er goed aan hierbij ook Zijn woorden in gedachten te houden uit Matth.15:14: “Ik ben slechts gezonden tot de verloren schapen van het huis van Israël”. Zijn woorden die we vinden in de evangeliën zijn primair gericht tot Israël. Voor de woorden gericht tot de natiën, moeten we bij Paulus zijn. Aan Hem gaf de opgewekte Christus vanuit de hemel die woorden door.

vervullen 
Jezus kwam niet om de wet te ontbinden, maar wel om die te vervullen ( Matth.5:17). Jezus predikte dan ook geen wet, maar genade en waarheid (Joh.1:17). Hij kwam om het oude verbond te vervullen (profetieën worden vervuld) en sprak over het nieuwe verbond.

Mattheus 19
3 En de Farizeeën kwamen tot Hem, om Hem te beproeven, en zij zeggen, of het een mens geoorloofd is zijn vrouw weg te zenden om elke reden.
4 En Hij antwoordde, en Hij zei: Lazen jullie niet, dat de Maker, vanaf het begin, hen van het mannelijk geslacht en van het vrouwelijk geslacht maakt?
5 En Hij zei: Wegens dit zal een mens zijn vader en moeder verlaten, en aan zijn vrouw samengevoegd worden, en de twee zullen tot één vlees zijn,
6 zodat zij niet meer twee, maar één vlees zijn. Wat, dan, God samenvoegt, laat de mens het niet scheiden!
7 Zij zeggen tegen Hem: Waarom, dan, geeft Mozes instructie om een boekrol van scheiding te geven, en haar daarmee weg te zenden?
8 Jezus zegt tegen hen: Mozes staat het jullie toe, met het oog op de hardheid van jullie harten, jullie vrouwen weg te zenden; maar vanaf het begin was het niet zó.
9 En Ik zeg tegen jullie: Wie zijn vrouw wegzendt om een andere reden dan ontucht, en een andere trouwt, pleegt overspel, en wie een weggezondene trouwt, pleegt overspel.

ontucht
Ook Jezus verwijst dus naar de fundamentele uitspraak uit het begin van Genesis over man en vrouw. We vinden soortgelijke schriftgedeelten in Matth.5:32, Marc.10:2-12 en Luk.16:18. Opvallend is dat in Marcus en Lukas geen enkele rechtvaardige grond voor echtscheiding wordt genoemd. Alleen in Mattheus wordt ‘ontucht’ genoemd als rechtvaardige grond voor een scheiding. Het Griekse woord dat daar in de grondtekst wordt gebruikt, is porneia en wordt in de Statenvertaling en NBG 51 meestal vertaald met ‘hoererij’. De betekenis van porneia is: seksuele omgang met iemand die niet je eigen man of vrouw is.

andere goden
Ook hier is de betekenis ten diepste typologisch. God (de man) had het volk waarmee Hij getrouwd was, weggestuurd met een scheidbrief, vanwege haar ontucht. Het volk (de vrouw) liep andere goden achterna en dat wordt in de Schrift aangeduid met hoererij/ontucht (o.a.Rich.8:27, Jer.3:6 en 8).

Het nieuwe (huwelijks)verbond zal worden gesloten met de Messias en het volk Israël. Dat is dan ook ‘wettig’, omdat het volk van JAHWEH is gescheiden onder het oude verbond, vanwege haar ontucht. Juist het Mattheus evangelie presenteert de Messias als de komende Koning, die een Koninkrijk zal vestigen en daarbij een bruiloft aanricht, een uitbeelding van het nieuwe verbond. Er zijn bijvoorbeeld een aantal gelijkenissen die van een bruiloft spreken (Matth.22 en 25).

Israël 
Wat we beschreven vinden in Mattheus is dan ook met name een nationale aangelegenheid en van toepassing op Israël. Vandaar dat hier over de scheiding wordt gesproken tussen God en Israël onder het oude verbond.

Wanneer we dit in Mattheus beschreven vinden, is dit een vervulling van oudtestamentische beloften. Jezus kwam immers om de wet te vervullen. Hij stierf om het oude verbond te beëindigen en door Zijn opstanding een nieuw verbond tot stand te brengen:

Jeremia 31
31 Zie, er komen dagen, spreekt de HEERE, dat Ik met het huis van Israël en met het huis van Juda een nieuw verbond zal sluiten,
32 niet zoals het verbond dat Ik met hun vaderen gesloten heb op de dag dat Ik hun hand vastgreep om hen uit het land Egypte te leiden – Mijn verbond, dat zij verbroken hebben, hoewel Ík hen getrouwd had, spreekt de HEERE.
33 Voorzeker, dit is het verbond dat Ik na die dagen met het huis van Israël sluiten zal, spreekt de HEERE: Ik zal Mijn wet in hun binnenste geven en zal die in hun hart schrijven. Ik zal hun tot een God zijn en zíj zullen Mij tot een volk zijn.

Jesaja 62
4 Tegen u zal niet meer gezegd worden: verlatene, en tegen uw land zal niet meer gezegd worden: woestenij, maar u zult genoemd worden: Mijn welgevallen is in haar, en uw land: getrouwde; want de HEERE verlangt naar u, en uw land zal getrouwd worden.
5 Want zoals een jongeman trouwt met een maagd, zo zullen uw zonen trouwen met u; zoals een bruidegom zich verblijdt over zijn bruid, zo zal uw God Zich over u verblijden.