Satan (5): zijn methoden

Satan is een tegenstander en een door-elkaar-gooier, dat betekenen zijn namen. Waar richt hij zich op? Is dat, zoals men wel denkt, op vermaak en entertainment, zoals televisie, dansen en andere ‘wereldse’ bezigheden? Of uiterlijke zaken, zoals kleding? Natuurlijk kan alles misbruikt worden, maar dat betekent niet dat deze dingen in zichzelf verkeerd zijn.

methodieken
We lezen van de duivel dat hij gebruik maakt van methodieken. Er zit een bepaalde systematiek in zijn aanpak, er is over nagedacht.

Efeze 6
11 Trek de volle wapenrusting van God aan, om stand te kunnen houden tegen de methodieken van de duivel (…)

Het vervolg van het gedeelte in Efeze 6 zegt dat de strijd die wij hebben niet tegen vlees en bloed is, maar dat het een geestelijke strijd is. Op het eerste gezicht dient het zich weliswaar aan als een strijd tegen vlees en bloed, want het is via andere mensen dat satan ons aanvalt, maar de geestelijke strijd is niet tegen die mensen, maar tegen wat erachter zit. Als we zien waar over gesproken wordt in Efeze 6, weten we ook waar de methodieken van de duivel tegen gericht zijn en waartegen wij weerstand zouden bieden:

14 Sta, dan, wanneer jullie de lendenen omgorden met de waarheid, en het borstharnas van de rechtvaardigheid aantrekken,
15 en de voeten schoeien met de gereedheid van het evangelie van de vrede,
16 terwijl jullie bij dit alles het schild van het geloof opnemen, waarmee jullie al de gloeiende pijlen van de boze zullen kunnen uitdoven.
17 En ontvang als helm de redding en als zwaard de geest, dat is het woord van God.

Wij worden opgeroepen om te staan, standvastig te blijven, in de waarheid, rechtvaardigheid, redding en het evangelie en daarin te geloven. De duivel wil die dingen van ons afpakken of ze verdraaiien en daarmee onze vrede wegnemen. Wij zouden staan in het woord van God en Zijn beloften. Daar richt satan zich dan ook op en wanneer hij door mensen werkt, is dat waar wij op aangevallen worden. Ook Paulus was hiermee bekend:

2 Korinthe 12
7 En opdat ik mij door het allesovertreffende van de openbaringen niet zou verheffen, is mij een doorn in het vlees gegeven, een boodschapper (Grieks: engel) van satan,  om mij met vuisten te slaan, opdat ik mij niet zou verheffen.

Paulus had in zijn bediening last van iemand, die hij noemt: een boodschapper van satan. Blijkbaar was er iemand die hem erg dwars zat bij de verkondiging van het evangelie. Een hoofdstuk eerder zei hij:

2 Korinthe 11
3 Maar ik vrees dat, zoals de slang met zijn sluwheid Eva verleid heeft, zo misschien ook uw gedachten bedorven worden, weg van de eenvoud die in Christus is.
4 Want als er iemand komt die een andere Jezus predikt, die wij niet gepredikt hebben, of als u een andere geest ontvangt dan die u ontvangen hebt, of een ander evangelie, dat u niet aangenomen hebt, dan verdraagt u dat zeer goed.
(…)
13 Want zulke lieden zijn valse apostelen (Grieks: pseudo-apostelen), bedrieglijke arbeiders, die zich voordoen als apostelen van Christus.
14 En geen wonder, want de satan zelf doet zich voor als een engel van het licht.
15 Het is dus niets bijzonders als ook zijn dienaars zich voordoen als dienaars van gerechtigheid.

valse boodschappers
Hier is Paulus messcherp. Hij had de Korinthiërs het evangelie gebracht en nu werden zij verleid door andere predikers. Die predikers waren zo sluw als de slang die Eva verleidde en daar vergelijkt hij ze dan ook mee. Zij zijn valse apostelen en doen zich voor als apostelen van Christus. Paulus spreekt hier over de methodieken van satan en wijst de Korinthiërs niet op ‘werelds vermaak’ of iets dergelijks, maar op predikers, theologen, die zich bezig houden met de Schrift en zich voordoen als dienaren van de gerechtigheid. Hij zegt hierbij dat dit niet zo vreemd is, omdat ook de satan zich voordoet als een engel (=boodschapper) van licht. Dat was immers ook wat de slang voorhield aan Eva, dat zij verlicht zou worden. Wanneer zij van de vrucht zou eten, zouden haar ogen geopend worden en zou zij worden als God (Gen.3:5).

engel van licht
Hier staat ook dat satan zich voordoet als een engel van het licht. Het is precies het tegenovergestelde van wat men over het algemeen in het christendom gelooft. Daar gelooft men dat satan ‘een engel van het licht’ was en nu een satan, een tegenstander is geworden. Hier in 2 Kor.12:14 staat het precies andersom. Wie zou dat nou verdraaid hebben en de dingen door elkaar gooien..?

de verzoeking van Jezus
Een ander voorbeeld waar we de aanpak van satan zien is bij Jezus, bij de verzoeking in de woestijn. In Mattheus 3 vinden we hoe de duivel drie maal Jezus probeert te verzoeken. Hij hanteert hierbij de Schrift, maar doet dat op een listige manier, door het uit de context te halen. Jezus antwoordde alle drie de keren met: “er staat geschreven…..” Satan bereikt het tegenovergestelde. Hij wilde kwaad doen, maar het goede kwam eruit voort en Jezus werd verheerlijkt:

Mattheus 4
11 Toen liet de duivel Hem gaan; en zie, engelen kwamen en dienden Hem.

Eerder haalde ik in een blog al het voorbeeld van Job aan. Ook bij Job werd het kwade ten goede gekeerd. Job zei na al het lijden dat hem was overkomen:

Job 42
5 Alleen door het horen met het oor had ik U gehoord, maar nu heeft mijn oog U gezien.

Paulus had God gebeden dat deze ‘doorn in het vlees’ van hem zou worden weggenomen. Het antwoord van God was: “mijn genade is voor jou genoeg, want Mijn kracht wordt in zwakheid volbracht” (2 Kor.12:9). Paulus had hier iets van geleerd:

2 Korinthe 12
9 (…) Heel graag, dan, zal ik mij nog meer op mijn zwakheden beroemen, opdat de macht van Christus in mij woont.
10 Daarom heb ik een welbehagen in zwakheden, beledigingen, noden, vervolgingen, benauwdheden ten behoeve van Christus, want wanneer ik zwak ben, dán ben ik machtig.

kwaad wordt ten goede gekeerd
Satan’s missie, Paulus aanvallen op zijn vertrouwen op God, was mislukt. Gods bedoeling was geslaagd. Zowel bij Jezus, Paulus en Job wordt het kwade ten goede gekeerd en ontvangt God de eer. Ook satan is slechts een instrument dat God gebruikt in Zijn plannen. Wij worden verzocht en aangevallen door satan, en ook voor ons geldt: alle dingen doet God meewerken ten goede (Rom.8:28). Juist door die aanvallen leren wij te zien op God. Zullen wij wanneer wij voor Hem verschijnen, maar ook nu, satan de eer geven voor die levenslessen, of God, die alles beschikt en bestuurt?

Romeinen 11
36 Want uit Hem en door Hem en tot Hem zijn alle dingen: Hem zij de heerlijkheid tot in de aeonen!