Genesis 39:2-4 voorspoedig in het huis van Potifar

Jozef wordt verkocht als slaaf en komt terecht in het huis van een Egyptenaar, genaamd Potifar. Dit is het eerste huis van deze Potifar, want later zullen we zien dat ook de gevangenis waar Jozef terechtkomt, toebehoorde aan Potifar.

Genesis 39
2 En JAHWEH is met Jozef en hij is een voorspoedig man. En hij is in het huis van zijn heer, de Egyptenaar.
3 En zijn heer ziet dat JAHWEH met hem is en dat JAHWEH al wat hij doet in zijn hand voorspoedig maakt.
4 En Jozef vindt genade in zijn ogen en hij verricht dienst voor hem. En hij geeft hem de supervisie over zijn huis. En alles wat van hem is, geeft hij in zijn hand.

het geloof van Jezus Christus
Jozefs leven is een voorbeeld van een leven uit geloof. Natuurlijk is hij ook hierin een type van het geloof van Jezus Christus (o.a. Rom.3:22,26; Gal.2:16). Jozef wist dat God de Plaatser is van alle dingen en ook al zal hij niet begrepen hebben waarom hij nu vernederd was en als slaaf was verkocht, toch vertrouwde hij op God. Hij kwam niet in opstand, maar onderschikte zich en deed zo goed hij kon, wat hij in zijn positie kon doen.

slaaf
Slavernij was een geaccepteerd feit in vroegere dagen. Ook Paulus spreekt geen oordeel uit over dit punt en roept de slaven niet op tot opstand tegen hun eigenaar. Integendeel, Paulus moedigt hen aan zich te schikken in hun positie als toonbeeld van wat het evangelie uitwerkt in het leven van een gelovige (Kol.3:22; Tit.2:9-10).

in het huis
God maakt Jozef voorspoedig en Jozef vindt genade in de ogen van zijn heer. Iets dergelijks lezen we ook over Jezus (Luk.2:40 en 52). Ook Hij ontving van de Vader ‘een huis’. Dit kan zowel van het huis van Israël worden gezegd als van de ecclesia (Ef.2:19 en 22). We zullen in het vervolg van deze geschiedenis zien dat het huis waar Jozef zich bevond een illustratie is van de miskenning en afwijzing van de Messias van Israël in de Handelingen periode. De vrouw die Jozef in het huis treft, is een uitbeelding van het ontrouwe Joodse volk.

Hebreeën 3
5 En Mozes was inderdaad trouw in heel Zijn huis (…),
6 maar Christus, als Zoon over Zijn huis. Wiens huis wij zijn…