parousia

Het Griekse woord parousia komt 24 keer voor in de grondtekst van het nieuwe testament. In onze vertalingen wordt het meestal vertaald met komst of toekomst. Als het gaat over de komst van Christus, wijst het altijd op wat wij noemen ‘de wederkomst’ en niet op Zijn komst als Jezus van Nazareth, zoals we die beschreven vinden in de evangeliën.

Letterlijk betekent het woord parousia: ernaast/erbij zijn. Als het niet in het verband van de komst van Christus wordt gebruikt, wordt het vaak vertaald met aanwezigheid. En dat betekent het ook: aanwezigheid of presentie. De parousia van Christus is dan ook de periode vanaf Zijn (aan)komst en zijn aanwezigheid daarop volgend.

Een aantal bevindingen en conclusies omtrent het woord parousia:

Mattheüs 24:3
Parousia heeft te maken met de voleinding van de aeon (eeuw) en vindt plaats vlak voor het aanbreken van de toekomende aeon.

Mattheüs 24:27
Dit vers is een parallelvers van Luk.17:24. Als we deze verzen naast elkaar leggen en vergelijken, zien we dat parousia gelijk is aan de dag van de Zoon des Mensen.

Mattheüs 24:37
Dit is een parallelvers van Luk.17:26. Uit het vergelijken van deze verzen blijkt dat parousia gelijk is aan de dagen van de Zoon des Mensen. Dagen staat hier in een meervoud en spreekt van een periode. De parousia is dus een periode. De tijd van de parousia wordt in het vervolg van Mattheüs 24 en Lukas 17 dan ook vergeleken met de dagen van Noach.

1 Korinthe 15:23
De parousia is een periode waarin degenen die van Christus zijn, worden levend gemaakt. Zij worden levend gemaakt terwijl de anderen nog in de dood blijven. De Schrift heeft hier diverse benamingen voor, bijvoorbeeld opstanding UIT de doden (Luk.20:35). Het is een opstanding van tussen de overige doden uit, met achterlating van de andere doden. In Op.20:6 wordt dit de eerste opstanding genoemd.
Deze opstanding geschied niet op één moment, maar bestaat uit meerdere groepen die op verschillende tijdstippen in de parousia opstaan. Zoals:

-Opstanding van de doden in Christus en verandering van de levend overgeblevenen die worden weggerukt tot een ontmoeting van de Heer in de lucht (1 Thess.4:15-16, 1 Kor.15:50-51).

-Opstanding van de rechtvaardigen (Luk.14:14, Dan.12:12-13). Dat wat wij zouden noemen ‘oudtestamentische gelovigen’, hoewel deze term niet de hele lading dekt. Het betreft de opstanding van de gelovigen van Adam tot Christus.

-Zij die in de periode voorafgaand aan de duizend jaren ter dood worden gebracht om het getuigenis van Jezus. Zij zullen worden opgewekt en met Christus heersen in de duizend jaren (Op.20:4-5).

2 Korinthe 10:10
Parousia is aanwezigheid en staat tegenover afwezigheid. In dit vers is afwezigheid het schrijven van brieven ten opzichte van lichamelijke aanwezigheid.

Filippenzen 2:12
Ook hier is parousia aanwezigheid vs afwezigheid.

1 Thessalonicenzen 2:19
Parousia is het moment dat wij vóór Hem verschijnen. Dat is vóór het podium van Christus (2 Kor.5:10). Het woord dat in dit vers en in 2 Kor.5:10 vertaald is met voor betekent: vlak voor, ten overstaan van.
In Fil.2:16 noemt Paulus dit de dag van Christus. Het is het moment waarop Hoofd (Christus) en lichaam (de ecclesia), niet alleen geestelijk, maar ook lichamelijk bij elkaar aanwezig zijn. Daar vindt de ontmoeting plaats (1 Thess.4:17). De ontmoeting tussen Hoofd en lichaam.
“ (…) en zo zullen wij altijd samen met de Heer zijn” (1 Thess.4:17)

1 Thessalonicenzen 3:13
Ook in dit vers gaat het over onze verschijning vóór God, in de parousia van onze Heer, met al Zijn heiligen.
“Want WIJ ALLEN moeten geopenbaard worden voor het podium van de Christus” (2 Kor.5:10).

Wat in 2 Kor.5:10 aangeduid wordt met wij allen, wordt in 1 Thess.3:13 genoemd: al Zijn heiligen.

2 Thessalonicenzen 2:1
De parousia houdt verband met onze toevergadering/samenbrenging tot Hem.

 
Nu is de Heer nog verborgen, onttrokken aan het zicht, en afwezig (Kol.3:1-3). Wanneer wij bij Hem zullen zijn en niet meer zullen wandelen in geloof, maar in aanschouwen, is Hij bij ons aanwezig. Vooral in de Thessalonicenzen brieven vinden we beschreven wat de parousia voor ons, de ecclesia, betekent.
In de evangeliën en de brieven gericht aan Israël vinden we het woord parousia ook terug. Daar gaat het over de komst en aanwezigheid van Christus voor het volk Israël en periode waarin Hij Zijn Koninkrijk vestigt over deze aarde (2 Petr.3:4, 1 Joh.2:28).