Genesis 45:1-5 Jozef maakt zich bekend

Na de aangrijpende belijdenis van Juda komen we bij de climax en is dan eindelijk het moment gekomen dat Jozef gaat vertellen wie hij is. Jozef wordt door emoties overweldigd door Juda’s toespraak. We weten al uit de geschiedenis van Jozef dat hij leefde uit geloof en in deze volgende verzen blijkt ook uit wat hij zegt, hoezeer hij bekend was met het besef dat God werkelijk God is en alles plaatst en beschikt.

Genesis 45
1 En Jozef kon zich niet langer beheersen voor allen die bij hem opgesteld stonden, en hij roept: Doet allen van mij weggaan! En er stond niemand bij hem, toen Jozef zich aan zijn broers bekend maakte.
2 En hij brak uit in luid geween, en de Egyptenaren horen het; en Farao’s huis hoort het.
3 En Jozef zegt tot zijn broers: Ik ben Jozef! Leeft mijn vader nog? En zijn broers konden hem niet antwoorden, want zij waren verschrikt voor zijn aangezicht.
4 En Jozef zegt tot zijn broers: Komt dichtbij, alsjeblieft, tot mij. En zij komen dichtbij. En hij zegt: Ik ben Jozef, jullie broer, die jullie naar Egypte verkocht hebben.
5 En nu, wees niet bedroefd, en wees niet zo ontsteld dat jullie mij hierheen verkocht hebben, want om jullie in het leven te behouden heeft God mij voor jullie uit gezonden.

de ware Jozef
In de toekomst zal het deel van Israël dat overblijft na 1260 dagen van grote verdrukking, in hun nood de naam van JAHWEH aanroepen en dan zal de Messias, die het beeld van de onzienlijke God is, verschijnen op de Olijfberg (Joël 2:32; Zach.14:4). Er zal een vluchtweg dwars door de Olijfberg ontstaan en Israël zal verzameld worden in een plaats in de woestijn, haar door God bereidt (Opb.12:6). In die periode zal de Heer aan hen verschijnen, maar dan zullen zij nog niet weten wie ze precies voor zich hebben (Zach.13:6). Hij zal zich, net als Jozef, aan hen bekendmaken met woorden als: “ik ben Jezus, die jullie overgeleverd en gedood hebben”.

verschrikt
De broers waren sprakeloos van schrik. Jozef, de broer die zij hadden verkocht en dood waanden, stond hier voor hen! Hun leven lag in zijn handen. Zou hij hen gevangen zetten, of erger: hen doden? Dat deze onderkoning van Egypte hun eigen broer is, was wel het laatste waar ze rekening mee hadden gehouden. Zou het in de toekomst anders zijn als Jezus zich bekendmaakt aan het Joodse volk? Zij dachten dat Hij dood was en het bleek dat Hij al die tijd al leefde en, hoewel verborgen, toch vlakbij was, namelijk: onder de natiën (Kol.1:27).

om hen het leven te geven
Jozef stond als uit de doden opgestaan voor hen en hij zegt: “om jullie in het leven te behouden heeft God mij voor jullie uit gezonden”. Jozef belijdt dat Hij weet dat God dit zo beschikt heeft. De broers wilden Jozef doden, maar door die misdaad geeft God aan hen het leven. Zie daar, het geheim van het kruis. Israël leverde hun Messias over aan heidenen om Hem te doden, maar God wekte Hem op om hen het leven te geven!