Mattheüs 24:31 de afvaardiging van de 144.000

Bij veel uitleggers is de periode na de wederkomst van de Heer voor Israël, een blinde vlek. Zij menen dat aan het einde van de grote verdrukking de duizend jaar aanbreken en het Koninkrijk van Christus gevestigd is over de hele aarde. Maar juist uit een gedeelte als Mattheüs 24 leren we dat dit niet zo is.

31 En Hij zal Zijn boodschappers afvaardigen met luid bazuingeschal…

engelen of boodschappers?
Onmiddellijk na de grote verdrukking (:29) verschijnt de Heer op de Olijfberg en komt Hij voor dat deel van Zijn volk, dat nog over is, het overblijfsel (Zach.13:8-9). Dan zal de Heer boodschappers uitzenden. Vrijwel alle gangbare vertalingen vertalen aggelos met engelen en dat doet al snel denken aan geestelijke wezens. Alleen de Naardense bijbel heeft boden. Het Griekse aggelos betekent boodschapper. Dat kunnen engelen zijn (Matth.1:20), maar ook mensen van vlees en bloed worden aggelos genoemd (Jak.2:25).

Hier staat er niet bij wie die boodschappers zijn, maar door het gedeelte in Openbaring dat we nu al zo dikwijls hebben bekeken, erbij te betrekken, wordt duidelijk wie zij zijn. Het tijdstip van het uitzenden van de boodschappers, is namelijk net ná het einde van de grote verdrukking (Matth.24:29), die in Openbaring wordt voorgesteld als het zesde zegel (Opb.6:12-13).

Openbaring 7
En daarna zag ik vier boodschappers, die op de vier hoeken van de aarde staan, die de vier winden van de aarde vasthouden, opdat er geen wind zal waaien over de aarde, of over de zee, of over enige boom.
En ik zag een andere boodschapper, (…) en hij roept met een luide stem (…)
en hij zegt: Breng geen schade toe aan het land en aan de zee, en ook niet aan de bomen, totdat wij de slaven van onze God aan hun voorhoofd zullen verzegelen.
En ik hoor het getal van hen, die verzegeld zijn: honderdvierenveertigduizend, die verzegeld zijn (…)

wanneer?
Het is ná de opening van het zesde zegel, dat er wordt gezegd: en daarna, of: na dezen. Maar het is vóór het openen van het zevende zegel, dat een pauze of intermezzo beschrijft (8:10). Direct na deze onderbreking, wordt gesproken over de zeven bazuinen (8:2), die symbool staan voor de oordelen die komen over de volkerenwereld in de dag van toorn (6:17). In deze tijd vóórdat de bazuinen geblazen worden, vindt de selectie en verzegeling van de 144.000 plaats.

wie?
Nu we het moment van hun selectie zijn nagegaan, is het goed om meer te leren over de identiteit van de 144.000, omdat we daar in Mattheüs 24 niet veel informatie over vinden. De beschrijving in Openbaring vult dit aan.

Openbaring 7
En ik hoor het getal van hen, die verzegeld zijn: honderdvierenveertigduizend, die verzegeld zijn, uit elke stam van de zonen van Israël.
Uit de stam Juda twaalfduizend, die verzegeld zijn; uit de stam Ruben twaalfduizend; uit de stam Gad twaalfduizend;
uit de stam Aser twaalfduizend; uit de stam Naftali twaalfduizend; uit de stam Manasse twaalfduizend;
uit de stam Simeon twaalfduizend; uit de stam Levi twaalfduizend; uit de stam Issaschar twaalfduizend;
uit de stam Zebulon twaalfduizend; uit de stam Jozef twaalfduizend; uit de stam Benjamin twaalfduizend, die verzegeld zijn.

144.000
Twaalfduizend mannen, uit de twaalf stammen van Israël gekozen maagden (Opb.14:4), worden verzegeld. In de eerste verzen van Openbaring 7 vinden we, naast het tijdstip van de verzegeling, ook de reden van de verzegeling van de 144.000.

Openbaring 7
En daarna zag ik vier boodschappers, die op de vier hoeken van de aarde staan, die de vier winden van de aarde vasthouden, opdat er geen wind zal waaien over de aarde, of over de zee, of over enige boom.
En ik zag een andere boodschapper, (…) en hij roept met een luide stem (…)
en hij zegt: Breng geen schade toe aan het land en aan de zee, en ook niet aan de bomen, totdat wij de slaven van onze God aan hun voorhoofd zullen verzegelen.
En ik hoor het getal van hen, die verzegeld zijn: honderdvierenveertigduizend, die verzegeld zijn (…)

luid bazuingeschal
De 144.000 boodschappers, waarvan Jezus zegt, dat ze worden uitgestuurd met luid bazuingeschal, zullen over de aarde worden uitgezonden. In Israël is het veilig, maar daarbuiten erg onveilig, omdat daar de rampen en oordelen van de zeven bazuinen de wereld zullen treffen. Het luid bazuingeschal in Mattheüs 24:31 verwijst dan ook naar deze zeven bazuinen. De 144.000 worden verzegeld om hen tegen deze oordelen te beschermen.

De bazuin werd bij vele gelegenheden geblazen, maar onder andere als teken voor de strijd (Num.10:9; 1 Kor.14:8), bij de komst van de Koning (1 Kon.1:34), als de Koning overwint (Ps.47:5), wanneer de dag van JAHWEH aanbreekt (Joël 2:1), enz. Het is altijd een uitbeelding van het spreken van de Heer (Ex.19:16,19)

In dit intermezzo waarin de 144.000 worden geselecteerd, klinkt de stem van de boodschapper, met de oproep nog geen schade toe te brengen aan het land en aan de zee, en aan de bomen, totdat deze boodschappers aan hun voorhoofd verzegeld zijn. Pas wanneer zij verzegeld zijn en beschermd tegen de beproevingen die de aarde zullen treffen, worden zij uitgezonden.