Genesis 43:16-24 Jozef begunstigt zijn broers

Ook in de volgende verzen laat Jozef blijken dat hij de broers gunstig gezind is, maar de broers weten nog niet dat zij met Jozef te maken hebben en kunnen zijn goede bedoelingen niet op waarde schatten. Jozef zal later een maaltijd met hen hebben, geeft hen water om hun voeten te wassen en laat hun ezels voeren. Maar wat bij de broers vooral is blijven hangen, is dat zij op onverklaarbare wijze het geld dat zij voor het graan hadden betaald, hebben terugontvangen.

Genesis 43
16 En Jozef ziet Benjamin bij hen, en hij zegt tot degene die over zijn huis is gesteld: Breng de mannen in mijn huis. En slacht een slachtdier en bereid het, want op het middaguur zullen de mannen met mij eten.
17 En de man doet zoals Jozef het gezegd had. En de man brengt de mannen in Jozefs huis.
18 En de mannen vrezen, omdat zij naar Jozefs huis gebracht worden, en zij zeggen: Het moet zijn vanwege het geld dat de eerste maal in onze tassen is teruggekeerd, dat wij hier gebracht worden, om ons te overrompelen en ons te overvallen, en om ons tot dienaren te maken en onze ezels weg te nemen.
19 En zij naderden tot de man die over Jozefs huis was, en zij spreken tot hem bij de ingang van het huis.
20 En zij zeggen: O! mijn heer, wij daalden af, ja daalden de eerste maal af om voedsel te kopen.
21 En het is toen wij in het nachtverblijf gekomen waren, en wij onze tassen openen, en zie, ieders geld lag boven in zijn tas, ons geld in zijn volle gewicht. En wij brengen het in onze hand terug.
22 En ander geld hebben wij in onze hand genomen om voedsel te kopen. Wij weten niet, wie ons geld in onze tassen geplaatst heeft.
23 En hij zegt: vrede zij jullie, vreest niet. Jullie God en de God van jullie vader heeft aan jullie een verborgen schat in jullie tassen gegeven. Jullie geld is tot mij gekomen. En hij doet Simeon tot hen uitgaan.
24 En de man brengt de mannen in Jozefs huis en hij geeft hen water, en zij wassen hun voeten. En hij geeft voer aan hun ezels.

Israël zal de naam van JAHWEH aanroepen
Uit de profetieën die gaan over de toekomstige bekering van Israël, weten we dat het Joodse volk in hun benauwdheid de naam van JAHWEH zal aanroepen (Joël 2:32; Zach.13:9). Dan zal de Messias verschijnen op de Olijfberg. De berg zal middendoor worden gespleten, zodat er een vluchtweg ontstaat door de Olijfberg naar een plaats, die haar door God bereid is (Zach.14:4-5; Opb.12:6).

buiten het land
Maar let op! Israël heeft in hun uiterste nood weliswaar de naam van JAHWEH aangeroepen (iets dat nu verboden is in het Jodendom), maar Degene die verschijnt, is het beeld van God: Jezus Christus (Kol.1:15). Het Joodse volk zal Hem op dat moment nog niet als zodanig herkennen (Zach.13:6). Israël wordt verzameld buiten het land en daar zal God hen richten. Ook de broers van Jozef bevinden zich hier buiten het land, inmiddels in het huis van Jozef, maar zij weten nog steeds niet met wie zij te maken hebben. Jozef beproeft hen.

Ezechiël 20
35 En Ik breng jullie naar de woestijn van de volken en daar kom Ik met jullie in het oordeel, van aangezicht tot aangezicht.
36 Zoals Ik met jullie vaders in het oordeel kwam in de woestijn van het land van Egypte, zo zal Ik ook met jullie in het oordeel komen, zegt mijn Heer JAHWEH met nadruk.
37 Ik zal jullie onder de herdersstaf doen doorgaan en jullie brengen in de band van het verbond.
38 En Ik zal jullie zuiveren van degenen die in opstand komen en degenen die tegen Mij overtreden (…)

de man
Buiten het land zal de Messias zich aan het het Joodse volk bekend maken. Daar zal met hen een nieuw verbond worden gesloten. Dit nieuwe verbond heet ook: het verbond van vrede (Ez.34:25; 37:26), zoals ook hier door de huismeester van Jozef vrede wordt verkondigd aan de broers (:23).

De man wordt door Jozef geïnstrueerd om een maaltijd voor te bereiden en hij zorgt voor de broers. Zou deze man een uitbeelding zijn van de ecclesia? Zoals ook de mannelijke zoon in Openbaring 12 dat is. Van die mannelijke zoon lezen we immers ook dat zij de vrouw (Israël) zullen voeden (Opb.12:6). Met brood of wellicht met de verborgen schat (:23), namelijk het woord van God, waar brood de uitbeelding van is. Het is ook op deze plek en dat moment dat Simeon tot hen wordt gebracht. En van Simeon zagen we al eerder dat hij een type is van de gelovigen uit de natiën.